Hierin zat ook Philips Expeditie.

Hier herinner ik me van J.N.O. lichting 1957-1961 1.2.3.4.L. nog de theorie leermeesters: Schoemakers, Wensing, Op den Buis, Gordijn, Faber, Kortooms en kapelaan de Jong voor de (on)gelovigen. Het zal wel niet goed gespeld zijn, maar daarvoor geldt dan een 4 voor taal met terugwerkende kracht nog.

Het linkergedeelte stond er al vóór WO-II, maar dan recht en niet licht gebogen. Zie foto 3983.

Die spelling is bijna goed A.Clijsen, want hoger dan 5 gingen de cijfers niet.
Zo had ik in de 3e klas een 4 1/2 voor fabriekspraktijk. Hierom kreeg ik twee kwartjes extra op de toelage van 7 gulden per week.

Op de zevende en achtste verdieping zat de afdeling Octrooien en Merken die later verhuisde naar gebouw WAH naast het Nat. Lab. in Waalre.

Ik heb er in 1965 gehospiteerd als leerling van de Nutskweekschool. Schoemakers (schrijf je dat zo?) was toen directeur en Freek Schorer ontfermde zich meteen over mij om muziekles te geven in zijn klassen. Freek was dirigent van de Philips Harmonie. Viskil was de contactpersoon tussen de kweekschool en de JNO. Zijn dochter Marianne was een jaargenote van mij. Ook Briene gaf er les. Toen ik later op het GLE-GSG werkte kreeg ik zijn zoon in de klas.
Net als Fenny werkte mijn verloofde Els op de octrooiafdeling, zodat ik af en toe via de zijtrappen naar boven sjouwde. In die periode experimenteerde Faber met video-opnamen van het onderwijs in nauwe samenwerking met Pal Sonke en Rob van Leeuwen vanuit de kweekschhool. Gordijn hield zich bezig met de nieuwe leervorm Geprogrammeerde Instructie.
Af en toe kwam Frits Philips binnen, want de JNO ging hem zeer aan het hart.Het is jammer dat ze dit soort bedrijfsopleidingen gestopt zijn; velen hadden hierdoor een prima basis voor hun verdere loopbaan.
Inmiddels zit het ROC in het gebouw en is de toekomst van het pand ongewis.

Ook ik had het genoegen hier ongeveer 6 maanden werkzaam te zijn in de beginjaren '70 als vervanger voor een leerkracht lichamelijke oefening cq opvoeding (het is maar wat je ervan maakt), die door ziekte enige tijd uit de roulatie was. Als ik het me goed herinner was zijn naam Van de Boorn.

Ook kon je ergens boven je aandelen te gelde maken. Wat voor een afdeling dat was weet ik niet, maar de snelheid van de lift staat mij nog steeds bij. Mijn maag zat in mijn keel.

Hans ik denk dat je je vergist wat betreft de video-opnamen. Die werden toch gemaakt door W. de Vries en D. Stokmans? Faber heeft wel een les voor de schooltelevisie gepresenteerd. Dat deden bijna alle theorie-leraren. Ik ben benieuw of jij ook een TV-les gemaakt hebt. Wat was het onderwerp?

Theo, onze gymleraar op de JNO was hr.vd Boorn een zeer goede ietwat kalige man. Hij organiseerde ook altijd de sportdagen van de JNO. Hr vd Boorn ging tijdens de middagpauze weleens met zijn rug tegen de muur in het zonnetje zitten en viel dan in slaap, een medeleerling die op handbal zat pakte dan een bal en gooide die dan keihard ongeveer een halve meter boven het hoofd van vd Boorn, het was net of er een atoombom ontplofte zo'n herrie gaf dat.

Ik denk dat je gelijk hebt, Huub, wat de opnamen betreft. Faber had via Rob van Leeuwen, die later de schoonzoon van Viskil zou worden, de contactlegging met de Kweekschool. Ik zal eens zoeken in schoolbladen uit die tijd wat er precies gebeurde en dat dan berichten.
Zelf heb ik het uit de verte gadegeslagen, want Freek Schorer zeulde me van klas naar klas om te vertellen over en te laten luisteren naar muziek. Ik speelde clarinet en nam af en toe het instrument mee. Het grappige was dat toen ik later onderwijzer was, Freek weer bij mij in de klas kwam, meestal met een instrumentalist, om mijn leerlingen over muziek te vertellen. Dat was een project om lagere schoolkinderen in aanraking met klassieke muziek en de gebruikte instrumenten te brengen. Een zeer bezig mens! Kon boeiend vertellen over zijn tijd bij de marine als muzikant op verre reizen.
Overigens moet ik in alle eerlijkheid vertellen dat ik vaak eerst de thuiswedstrijd van PSV met Willy v.d. Kuylen moest doornemen alvorens ze bereid waren te luisteren. En in de tijd van de Beatles en de Stones moest je natuurlijk niet alleen met Mozart aankomen. Freek vond het allemaal prima, dat moet gezegd worden! Leuke tijd en een prima ervaring.

Freek Schorer was een bijzonder fijne man en stond in 1968 al open voor de moderne muziek, iedereen uit onze klas mocht op een keer een plaatje meenemen van thuis om in de les te beluisteren. Jumping Jack Flash van de Stones had toen zijn bijzondere aandacht weet ik nog, ik dacht dat hij toentertijd in Gerwen/Lieshout woonde.

Freek Schorer heeft in elk geval op Burghstraat 16, in Tuindorp gewoond. Maar dat moet toch minstens 25 jaar geleden zijn want zolang woont er al de familie Geenen (de Bierelier).

Mijn man (Roger Slegers) werkte in die jaren bij de Stichting Kunstzinnige Vorming. Deze stichting verzorgde in die jaren o.a. dit soort projecten en schoolvoorstellingen. Ik weet wel, dat hij altijd zeer lovend over Freek Schorer sprak.

Wil van Hout, de afdeling waar je aandelen kon werven was de afdeling Centrale Inkomsten Afdeling (C.I.A.) Loon uitbetalingen.

Hans, de heer Gordijn die jij in een eerdere commentaar noemt, gaf die daarvoor les aan de 4e Philips lagere school? Ik zat in de vijfde klas namelijk bij meester Gordijn.

Komt Viskil daar ook misschien vandaan, Fenny? Veel van die JNOleraren hadden een lagere schoolloopbaan gehad, Schoemaker b.v. in Hellevoetsluis.

Freek heeft inderdaad lang in de Burghstraat gewoond en is later naar Gerwen vertrokken.

Die waardering voor Freek Schorer vind ik wel leuk. Als hij het op zijn heupen had, vertelde hij over zijn jeugd waarin hij klarinet-en pianoles kreeg, als straatmuzikant werkte, maar ook in het orkest van de befaamde Robert Stolz in Wenen speelde. Heeft in zijn marinierstijd de hele wereld bereisd.Is in 1998 gestorven (1913 geboren) en heeft meer dan driehonderd composities achtergelaten, veel voor harmonie-orkest: regelmatig hoor je nog werken van hem, die inmiddels ook op cd zijn verschenen.

Ik weet niet of de heer Viskil uit het lager onderwijs kwam. In ieder geval gaf hij geen les op de 4e Philips lagere school toen ik daar zat. Wel zat zijn dochter Marianne in de vijfde en zesde bij mij in de klas.

Fenny, het schijnt inderdaad om dezelfde heer Gordijn te gaan.

Het pand heeft een monumentenstatus gekregen. Volgens de monumentencommissie heeft het gebouw een grote cultuurhistorische waarde. Ook vindt zij de schoonheid en wetenschappelijke betekenis redenen om van de school een monument te maken. Het ROC, die momenteel in dit pand zit, hoopte het te kunnen verkopen aan een projectontwikkelaar en heeft bezwaar gemaakt. Nu het pand niet gesloopt mag worden brengt het minder op. De financiële belangen waren het belangrijkste argument tegen de plannen om van het gebouw een monument te maken. De commissie voelt zich echter niet geroepen om zulke belangen in haar oordeel mee te laten tellen. Bron: Eindhovens Dagblad

In welk jaar heeft de J.N.O.opgehouden te bestaan?Tussen 1956 en 1960 heb ik daar een pracht opleiding gekregen als gereedschapmaker in de L klas, vele namen van de leerkrachten kan ik me nog herinneren. Het was een fijne school die door het gehele land bekend stond. In 1970 was ik in Canada aan het soliciteren waarbij men mij vroeg waar ik mijn opleiding had genoten,de Philips bedrijfsschool was het antwoord, mijn toekomstige werkgever vond dat goed en zei dat ik dan wel wist waar het over ging en wanneer ik zou kunnen beginnen.

Mijn eerste werkgever was Philips en ik werkte op de afdeling Loonadministratoe in de jaren 1955/1957 die gevestigd was op de vierde etage. Op de derde etage was de ponsafdeling. Ik heb op de bedrijfsschool (zesde etage) nog handelsrekenen en boekhouden gevolgd. Dat was 's avonds na het werk. Heb een hele leuke tijd gehad bij Philips. Later ook nog op de Emmasingel gewerkt.

Ik was ook een leerling die deel uitmaakte van de chemiciens-opleiding die in de jaren 1961 tot 1965 op het programma stond. Wat heb ik gebaald van de glasblaaslessen van de knarrige docent met de naam "Moes". Ik weet nog als de dag van gisteren dat ik nooit verder ben gekomen dan het blazen van een trechter. Normaal stond daar drie weken voor. Ik heb er echter twee jaar over gedaan. Blijkbaar miste ik de vaardigheid en de motoriek. Na al die jaren kan ik constateren dat we een prima opleiding hebben genoten. Sterker nog: Ik denk dat het een prima stap zou zijn om die jongelui van tegenwoordig ook een dergelijke opleiding te verstrekken. Dan leren ze nog eens wat. De mooiste stage plek was natuurlijk de Galvanische afdeling waar we goud lieten groeien omdat twee maanden later vervolgens aan de man te brengen. Leuke bijverdienste. Ik weet ook nog dat ik stage moest lopen bij de chemische magazijnen in Maarheeze. Daar baalde ik verschikkelijk van. En al zeker van dat wolfram-laboratorium. Ik heb ook een tweetal maanden stage gelopen aan het ABCD-lab . Prachtige tijd. En altijd weer dat stage-rapport inleveren bij Heer Van de Waal. De vroeg-kalende scheikunde leraar.
Verder kan ik me nog wel het een en ander herinneren over medeleerlingen uit onze opleidingsperiode.
Zo heeft Joop Wessels méér dan veertig jaar bij Philips gewerkt en woont nu in Taiwan. Bart Verberne is inmiddels gepensioneerd als Directeur van een zorginstelling in Eindhoven. Jo van Gerwen heeft tig jaar gewerkt aan het glaslaboratorium bij Philips en is inmiddels ook gepensioneerd. Smulders is het onderwijs ingegaan en Larry Rasters ben ik na vijf jaar uit het oog verloren. Van der Meer is uiteindelijk in militaire dienst gegaan omdat hij geen uitstel meer heeft gekregen. Van Kuijk ben ik uit het oog verloren en van Hengst weet ik nog dat hij vroegtijdig de opleiding heeft verlaten. Henri Klerks is uiteindelijk inde profesisonele verpakkingsindustrie terecht gekomen. Van de meeste van onze medeleerlingen heb ik nog foto's.
Zelf heb direct na de JNO besloten om te avonturieren en heb een paar jaar in zuid Europa vertoeft. Daarna ben ik gaan studeren aan de Docenten opleiding van de Universiteit van Tilburg na eerst een Collocium Doctum afgelegd te hebben.Na een bijzonder interessant leven ben ik uiteindelijk als docent Bedrijfeconomie en Algemene Economie, auteur en beroepspiloot inmiddels gepensioneerd en geniet met volle teugen van het leven als schrijver van geschiedenisboeken.