Bijdrager Jan Spoorenberg
Jaar: 1920
Locatie 1.:Centrum |111 Binnenstad |Kerkstraat
Onderwerp.: Religie |Overige Gebedshuizen / Genootschappen |Synagoge
Synagoge
Beschrijving | Vóór 1771 was het joden verboden zich in Eindhoven te vestigen of er te overnachten. Slechts in een enkel geval werd hierop een uitzondering gemaakt. Mede daardoor vestigden zich rond het midden van de achttiende eeuw joden in de dorpen in de buurt van Eindhoven. Zowel in Helmond als in Tongelre was een huissynagoge en een joodse begraafplaats. In Woensel werd in 1747 een joodse begraafplaats aangelegd. In 1772 werd het stadsbestuur van Eindhoven door de Raad van Prins Willem V gesommeerd om joden toe te laten en hun belangen te behartigen, zonder hen te discrimineren. Toch werden tot aan de officiële burgerlijke gelijkstelling in 1796 de joodse inwoners nog talrijke belemmeringen in de weg gelegd. In het begin van de negentiende eeuw beschikte de joodse gemeente over een synagoge en een school. In het naburige Stratum was een huissynagoge. De meeste joden waren arm en moesten een beroep doen op de eigen armenkas. Mede dankzij een bijdrage van koning Lodewijk Napoleon kon het oude synagogegebouw aan de Kerkstraat in 1810 gesloopt worden en vervangen door een grotere behuizing. De synagoge aan het Stratumseind werd in dezelfde periode gesloten. Na 1850 nam het aantal joodse inwoners snel toe. Eindhoven werd de zetel van opperrabbinaat van Noord-Brabant. De synagoge werd al snel opnieuw te klein, waarop in 1866 een nieuwe synagoge gebouwd werd op de plek naast de oude. In het opgeknapte oude gebouw werd twee jaar later de joodse school gevestigd. De joden in Eindhoven waren aanvankelijk werkzaam als slagers, veehandelaars, winkeliers en venters. Rond de eeuwwisseling ging een aantal joodse families, waaronder de stoffenfabrikant Elias, een belangrijke rol spelenin de industriële ontwikkeling van de stad. In de dertiger jaren nam Eindhoven een groot aantal vluchtelingen uit Duitsland op, waaronder veel kinderen. In 1938 was de joodse gemeente van Eindhoven de grootste van Noord-Brabant. In de eerste oorlogsjaren nam haar omvang nog aanzienlijk toe. Bij de Philipsfabrieken was een speciale joodse afdeling ingericht, waarheen ook joodse werknemers van Philips van elders werden overgeplaatst. In september 1941 werden de joodse kinderen van de openbare scholen verwijderd en kreeg Eindhoven een regionale joodse lagere school en een joodse vakschool. De eerste deportaties waren in augustus 1942. Aanvankelijk bleven de joodse werknemers van Philips gespaard. In augustus 1943 werden zij overgebracht naar het kamp Vught en vandaar begin 1944 naar Auschwitz gedeporteerd. Van de totale joodse bevolking van Eindhoven heeft iets meer dan de helft de oorlog overleefd. De synagoge werd beschadigd door Duitse plundering en na de bevrijding door twee bommen. Op 18 september 1944 werd Eindhoven bevrijd. Al in januari 1945 werd in de stad de Joodse Coördinatie Commissie opgericht, die de joodse belangen bij de Nederlandse autoriteiten behartigde. Na de bevrijding van het noorden verhuisde deze commissie naar Amsterdam. Het joodse leven in Eindhoven werd na de oorlog hervat. Tegenwoordig zijn er verscheidene joodse en op Israël gerichte organisaties actief. De synagoge aan de Kerkstraat werd afgebroken, maar in 1958 werd een nieuwe synagoge ingewijd in een woonhuis aan de Hendrik Casimirstraat. De begraafplaats bevindt zich aan de Groenewoudseweg, hoek Marconistraat. In het Anne Frankplantsoen herinnert een in mei 1990 onthuld monument aan de joodse mannen, vrouwen en kinderen die zijn omgebracht in de jaren 1940-1945. De joodse begraafplaats werd in de zomer van 1998 door de werkgroep 'Boete en verzoening' opgeknapt. (Bron: Joodse Gemeenten Eindhoven) Zie ook foto 835. |
---|---|
Geplaatst op | 04-04-2019 |
Reacties
Naam: M.L.Heesakkers
Het ontwerp van de synagoge was van de hand van Antonius Cornelis Bolsius (1839-1874). Deze geboren Bosschenaar ging na zijn opleiding in Antwerpen als leerling aan de slag bij de bekende architect Pierre Cuypers (1827 - 1921). Tijdens de bouw van de door Cuypers ontworpen Catharinakerk was Bolsius daar als opzichter werkzaam. Wellicht dat dit hem de inspiratie heeft gegeven voor het prachtige gebouw dat pal naast de Catharinakerk verrees. Het gebouw was gebouwd in eclectische trant met een opvallende hoektoren. De kerkzaal werd verlicht door hoefijzerige ramen. De gedrongen toren met neogotische ingangspartij had een uivormige bekroning met hoekspitsjes. Een lang leven was het gebouw niet beschoren. De synagoge aan de Kerkstraat werd in 1959 afgebroken.