Reacties
Naam: Frits Hekman
Op de foto staan van links naar rechts: De blinde muur is de achterzijde van café Kantelberg - Dijsselbloem aan de Broekseweg. De eerste deur daarnaast is de winkeldeur van de kruidenierswinkel van Notten met zetbaas Piet Geven. Dan volgt de winkelpui van de slagerij van Frans van Bree (tot 1949 had zijn moeder de slagerij). In het woonhuis daarnaast woonde Van Bree, die bij de Gemeente Eindhoven werkte. In het huis met de witte voorgevel woonde tot circa 1950 de familie Keuten en daarna bakker Korting. Dan komt de bakkerswinkel , die achtereenvolgens eigendom was van René Korting, daarna van Piet Renders (die trouwde met de weduwe van R. Korting) en tot slot (tot de sloop) van Korting, die ook een friteszaak had om de hoek in de Pastoriestraat. De markies hoort bij de slijterij van Timmers. Daarnaast de winkel van Drieka van Bommel (en later van haar nichtje, de dochter van Piet van Bommel), zij verkocht kruidenierswaren en was vooral bekend als snoepwinkel. Het uithangbord met klok is slagerij Jos Achten, die meer slagerijen in Eindhoven beheerde. De laatste winkel (met witte gevel) was kapper Van den Heuvel. De ene boom op het pleintje was waarschijnlijk de in 1948 geplante Julianaboom+ deze werd door schoolkinderen geplant ter gelegenheid van de kroning van Koningin Juliana.
Naam: Jan Harweg
Wat het planten van de Julianaboom betreft. Daar heb ik nog 'n zeer persoonlijke herinnering aan. Mij viel nl. de eer te beurt, om namens de schooljeugd 'n toespraakje te houden tijdens deze plechtigheid.Geweldig trots natuurlijk dat ik hiervoor uitverkoren was, maar wat 'n hoogtepunt uit mijn schooltijd had moeten worden, werd 'n klein drama. Wat geschiedde, toen ik nog maar net de openingszin had uitgesproken, viel de geluidsinstallatie volledig uit. Een lichte paniek maakte zich van mij meester. "Doorgaan" en "Harder",dat werd van alle kanten toegeschreeuwd. Maar de stem van 'n 12 jarig jongetje heeft nog niet de kracht om 'n grote menigte belangstellenden te overstemmen. Nietemin heb ik mijn onverstaanbaar betoog vervolgd tot het biittere einde.
Maar mijn ouders en mijn Opa en Oma, die uiteraard wat dichterbij stonden, waren ondanks alles met trots vervuld. En dat was toch nog 'n kleine pleister op de wonde. En nu, na al die jaren, kijk ik er zelfs met 'n glimlach op terug.