Ik heb 16 jaar gewoond op de Leenderweg 292 tegenover de Edelweissstraat. Ik ben in de oorlog geboren (1944). Er waren bij ons in de buurt erg veel kinderen. De Leenderweg was afgesloten toen wij op de kleuterschool zaten. Naderhand is deze weg richting Leende doorgetrokken. Het was allemaal laagbouw. Ik heb gezeten op de Christelijke Kleuterschool Elim en de Christelijke Nationale School Leenderweg 242. Daar zat van alles o.a. iedereen die protestant was en mensen die nergens iets aan deden. Er was orde op beide scholen. Ik heb ook veel spelletjes gedaan in die tijd. Er waren toen ook grote gezinnen. De kinderen bij ons in de beurt waren creatief. Naderhand ben ik naar de derde LTS gegaan in de Kaarderstaaat te Woensel. En na 2 jaar LTS naar Den Haag verhuisd. Ik miste wel mijn jeugd van Eindhoven. Je had gauw goede en prettige aansluiting. In Den Haag waren het stijve mensen. Ook de aansluiting had je niet gauw. Vandaar dat ik ook op schoolbank sta om oude herinneringen op te halen. Best prettig. Spelletjes in die tijd waren o.a. tikkertje, pik olie of dik, knellen, zweeptollen, hoepelen, bokspringen, verstoppertje, kruistikkertje, vangertje verlossertje, pandverbeuren, landveroveren via een mes, toneelvoorstellingen in garages, tentoonstellingen in garages, verliefdesbal, aantal wagens tellen en fietsers enz. Verder kwam de bakker met warm brood langs, de melkboer en de schillenboer. De mensen hielpen elkaar en waren prettig in de omgang. Ook met de kerst werden wij opgehaald door een instantie en verwende men ons. Vooral grote gezinnen hadden het moeilijk en werden op zo'n manier gestimuleerd. Ook de kinderen speelden erg veel met elkaar. Om 17 uur was er zo nu en dan een hoorspel op de radio waar we naar luisterden. Je werd in die tijd veel voorgelezen. Ook TV kijken met z'n allen bij 1 van de kinderen was normaal. Dat was meestal op woensdagmiddag. Dit waren kleine herinneringen aan de wijk Stratum.

Pierre, wat leuk dat commentaar op de Bloemenbuurt. Ik ben in 1943 geboren in de Ganzebloemstraat en als ik me wel herinner was dat de eerste zijstraat rechts als je van de Leenderweg komt. We hebben daar een heerlijke jeugd gehad, al die spelletjes die je noemt klinken me bekend in de oren. Wij speelden ook heel veel in een stukje bos dat uitgaf op het Floraplein en op de Floralaan oost. Een heerlijke tijd was dat, de jeugd van tegenwoordig mist wel wat maar er zijn andere dingen voor in de plaats gekomen. Ik ging naar school op Tivoli, daar was een grote meisjesschool, mijn broers gingen naar school in de Tijmstraat. Ik moest vaak boodschappen doen bij de Etos die op de hoek van de Roostenlaan? en de Leenderweg lag. Op het veldje van het Floraplein speelden we ook veel, kuilen graven en kamp spelen. Toen later die grote weg werd aangelegd vonden we dat maar niets. Mijn vader had een winkel in de stad en ik moest soms wel eens met een pannetje eten in een theedoek aan het stuur van mijn fiets zijn eten gaan brengen. Ik was toen nog geen 10 jaar oud. Je zou er nu toch niet meer aan moeten denken! Dit waren mijn kleine herinneringen.

Piere, dat hoorspel om 17uur was misschien wel Mones de man van de maan op de zondag. Als we met onze ouders op visite waren moesten we er wel voor zorgen, dat we op tijd thuis waren.

Leuk iets te lezen over Stratum. Ik heb vanaf mijn geboorte (1940) op de Heezerweg gewoond, tegenover de "Tulpstraat". Ook in ging naar "Elim" en later naar de Christelijke Nationale School aan de Leenderweg. Zat bij juffrouw Koffieberg en Schiffaert en later bij meneer van Huis in de klas. Als kind mocht ik niet door de Tulpstraat lopen, want daar woonden toen volgens mijn ouders mensen waar ik beter niet bij in de buurt moest komen. Later is de Tulpstraat afgebroken en herbouwd en heet nu Dopheide. Op het hoekje bij ons woonde een groot katholiek gezin met wel 16 kinderen waarvan er enkele in het klooster waren. Vlak na de oorlog heeft hier aan het Rielsepad een legervrachtwagen gestaan die witte brood met die prachtige rode aardbeienjam uitdeelde. Vooral die rode kleur herinner ik me nog goed. Op de hoek van de Tulpstraat zat een piepklein kruideniertje waar ik van mijn moeder een keer Vim moest halen (was toen schaars te verkrijgen). Ik kreeg te horen dat mijn moeder al was geweest, maar ik loog er op los, want ik moest met vim thuiskomen.
Schuin tegenover ons op de andere hoek van de Heezerweg woonde de familie Bergman die lampen verkocht en bedradingen aanlegde.
Achter ons huis was weiland en stonden 2 boerderijen.